Arrangeren is het proces om van een bestaand of zelfgeschreven nummer een versie te maken voor een specifieke instrumentatie. Dit kan bijvoorbeeld een strijkkwartet, koor, band of orkest zijn, maar alle combinaties van instrumenten zijn mogelijk.
In dit materiaal zal ik grotendeels toespitsen op het arrangeren voor meerstemmig acapella zang, maar veel theorie zal breed toepasbaar zijn.
Techniek: lagen en secties
Een basistechniek is om bij elke sectie van een nummer de partijen de verschillende muzikale lagen toe te wijzen.
De bas zingt meestal de baslaag en een van de andere stemmen de melodielaag. Afhankelijk van hoeveel stemmen je hebt zullen één of meerdere partijen de harmonielaag opvullen. De ritmelaag kun je verdelen over alle niet-melodiepartijen (bijvoorbeeld hoofdaccenten door de bas en nevenaccenten door de andere stemmen).
Deze functies kun je op elk moment afwisselen, maar ze kunnen ook het hele nummer constant blijven. Een veilige keuze is om eventuele wisselingen te doen wanneer er een andere sectie van het nummer is (bijvoorbeeld overgang van couplet naar refrein). Als effect zou je bijvoorbeeld ook de bas een melodierol kunnen geven voor een couplet of een bridge als contrast.